Functionele relatie betekenis
Een functionele relatie ontstaat wanneer iemand, buiten het feit dat deze hierarchisch misschien boven diegene staat, opdrachten mag geven aan een ondergeschikte. Het gaat hier dus niet om de hierarchie, maar om het feit dat sommige zaken in het kennis- of vakgebied van iemand liggen. Degene die hiërarchisch lijding geeft, is dan vaak weer de persoon, die de functionele meerdere onder zich heeft. Deze persoon, zie je waarschijnlijk minder op de werkvloer, maar heeft uiteindelijk de leiding over jouw en je functionele meerdere. Functionele relatie betekenis 1) De interactionele kenmerken in de opleidings- en samenwerkingsrelatie tussen de betrokkenen (bv po en haio). (2) het doel van de relatie ligt buite.
Relatie definitie l a ·tie (meervoud: relaties) 1 (v) betrekking waarin zaken of personen tot elkaar staan 2 (v) verhouding tussen mensen; (in het bijzonder) liefdesverhouding; een open relatie waarin partners elkaar seksueel vrijlaten 3 (m/v/x) persoon tot wie iem. in betrekking staat; invloedrijke relaties hebben.
Oorzaak gevolg relatie Soms doelbewust om het resultaat mooier te laten lijken dan dat het is. Zij gaan de fout in door te denken dat een samenhang tussen bepaalde factoren betekent dat er ook een oorzaak-gevolg relatie is. In dit artikel lichten wij toe wat het verschil is tussen een correlatie en een causaal verband en beschrijven wij hoe het komt dat er toch heel.
Functionele analyse Functionele analyse: opleiding Vlot werkende software en applicaties zijn onmisbaar in je business. Je wil dan ook – als functioneel analist (in spe) – garanderen dat nieuwe softwareapplicaties de juiste functionaliteiten omvatten.
Functioneel synoniem
Woorden die (ongeveer) hetzelfde betekenen als ‘functioneel’, met toelichting en mogelijkheden om verder te zoeken. 1) met zo weinig mogelijk geld of tijd en zoveel mogelijk resultaat vb: wij gebruiken de computer heel functioneel Synoniemen: efficiënt doelmatigwat.Functioneel synoniem als synoniem van een ander trefwoord: bezigheid (zn): inspanning, affaire, ambacht, dienst, beroep, werk, activiteit, functie, arbeid, karweitje, werkzaamheid, bedrijvigheid, werkkring, verrichting, occupatie, beslommering, emplooi werk (zn).